Noord-Wales in 1 day en going home - Reisverslag uit Krimpen aan de IJssel, Nederland van Aad Vliet - WaarBenJij.nu Noord-Wales in 1 day en going home - Reisverslag uit Krimpen aan de IJssel, Nederland van Aad Vliet - WaarBenJij.nu

Noord-Wales in 1 day en going home

Door: Aad

Blijf op de hoogte en volg Aad

08 September 2016 | Nederland, Krimpen aan de IJssel

Na een mooie dag in Conwy en Llandudno is het dan tijd om naar Harwich te verkassen. De ferry van de Stena gaat pas de andere dag, dus nog tijd genoeg.
Om half 10 ben ik weg gereden uit Llandudno voor de cross-over naar Harwich. In plaats van richting Manchester besloot ik om door Noord-Wales terug te rijden en als het even kan nog wat plaatsen te bezoeken waar ik 5 jaar geleden was geweest. Dus de Tom-Tom ingesteld op Betws-Y-Coed.
Het weer in Llandudno was prachtig toen ik daar vertrok. Maar al snel als ik van de kust wegrij raakt het bewolkt en valt er een beetje regen, wat ze hier drizzle noemen. Ik vang nog een glimp op van Conwy Castle. Richting Betws-Y-Coed rij ik door Llanrwst. Door Llanwrst stroomt de Conwy River met midden in het stadje een mooie stenen brug, Pont Fawr. Aan de overzijde van de brug ligt een tearoom die helemaal verdwijnt in de klimplanten die het pandje overwoekeren. De tearoom draagt de mooie naam Tu Hwnt i't Bont. Langs de oever van de rivier is ook nog een stonecircle. Niet zo oud als die ik gezien heb in Beaghmore, maar gemaakt in 1951.
Van Llanwrst ga ik verder richting Betsw-Y-Coed. De weg gaat onder Snowdonia National Park door, maar omdat het bewolkt is kan ik de Snowdon, met 1085 meter de hoogste berg van Wales, niet zien.
In Betws-Y-Coed is het aardig druk. Het is een mooi klein plaats en wordt de Gateway to Snowdonia genoemd en dat zie je ook wel aan de hoeveelheid toeristen de er rondlopen. Het plaatsje ligt op het kruispunt van 4 rivieren, the River Conwy en the Llugwy, the Lledr en the Machno. Er is een oud stationnetje met daarachter veel winkeltjes en cafeetjes/restaurantjes. Langs het spoor staan verschillende oude treinstellen die deel uitmaken van het Railway Museum. Een van de treinstellen is omgebouwd tot een soort restaurantje. Daar eerst maar koffie drinken.
Als ik daarna over het perron rondloop kom ik een wat ouder mannetje tegen. Die begint al snel een heel verhaal te vertellen. Hij vertelt vol trots dat hij op een boerderij achter het 14e eeuwse kerkje aan de overkant van het station werkt. Hij was om 6 uur begonnen en ging nu even naar huis. Ik vroeg hem om de naam van het plaatsje uit te spreken. Dat is nogal moeilijk. In het Welsh is een w een u en de y spreek je uit als uh. Dat wilde hij best doen en ik heb het gelijk maar vastgelegd op video. Kan ik dat niet meer vergeten. In een adem vertelde hij dat het station vroeger groter was met meer sporen, omdat er toen meer treinen reden om leisteen en hout te vervoeren. Ook vertelt hij nog dat ze vroeger het hout beter lieten uit werken. Daardoor sloten ramen en deuren beter. Tegenwoordig ging het maar snel en dat vond hij maar niks. Mooi, weer wat opgestoken.
Gelijk nog maar even over de swingbridge gegaan vlakbij het kerkje. Blijft leuk.
Van Betws-Y-Coed gaat de reis verder naar Llangollen. Ook weer zo iets. Ll spreek je uit als gl. Llangollen spreek je dus uit als Glangoglen. Het is heerlijk om daar te rijden. Zo wijds en groen. Zoveel koeien en schapen in de weiden. Ontelbaar veel vogels op de telefoonlijnen. Ik krijg het een beetje benauwd als ik weer aan Nederland denk. Dit ga ik zo vreselijk missen.
Onderweg stop ik in een klein dorpje voor wat lunchinkopen. Met het meisje in de winkel maak ik een praatje over het weer. Ik vertelde haar dat ik 's-morgens met mooi weer uit Llandudno ben vertrokken, waarop zij zegt dat ze daar vandaan komt. Weer een paar puzzelstukjes die in elkaar passen.
Snel daarna zie ik een bord met Llyn Brenig 4. 4 mijl, dat is te doen. Daar ook maar even kijken. Llyn Brenig is een groot meer wat eigenlijk een waterreservoir is met een dam aan het eind daarvan. Het is flinke plas en na er even van te genieten ga ik verder naar Llangollen.
Ook daar is het flink druk, veel drukker zelfs dan in Betws-Y-Coed. Het is een van de hotspots van Noord-Wales. Mijn doel is niet Llangollen zelf, maar het Pontcysyllte aquaduct een stukje boven het plaatsje. Het aquaduct is 38 meter hoog en 307 meter lang en gaat over de River Dee. Over het aquaduct zelf stroomt het Llangollen Canal. Voor de aquaduct liggen vele zogenaamde narrow boats te wachten om over te steken. Ik heb een stuk langs het kanaal over het aquaduct gelopen en van daar heb je een fantastisch uitzicht over de omgeving.
Het was inmiddels al half 3 geworden. Toch wel knap, ik was inmiddels al 5 uur onderweg en had nog geen 100 kilometer gereden. Ik zei steeds tegen mezelf: je moet nu echt gaan. Maar ja, toch nog maar even naar beneden gelopen naar een viewpoint waar je vanaf de oever van de River Dee het aquaduct in volle glorie kunt zien. Echt een prachtig mooi bouwwerk en met ruim 200 jaar oud al flink bejaard.
Nog even een laatste blik, nog een laatste klim, de laatste bramen en dan eindelijk op weg naar Harwich. exact 400 kilometer verder.
De weg gaat richting Wrexham en het is 3 uur als ik van Wales Engeland binnen rij. Nog even gaat het over binnenwegen en dan de motorway op. Hopelijk voor de spits bij Birmingham. Op de heenreis had het me daar een hoop tijd gekost. Gelukkig nu niet en gaat het redelijk voorspoedig. Er zijn nauwelijks viaducten. Op een aantal plaatsen heb je midden op de snelweg gewoon platvloerse voorrrangskruisingen. Ik kijk mijn ogen uit als ik ineens 2 enorme tractoren inhaal.
Moet ik gelijk nog even vertellen over de lijkwagens in de UK. Ik zag ze daar een aantal keer en kon toen ook de beelden voor me halen van de tijd van de aanslagen in Noord-Ierland. Ze zijn hoog en zonder gordijntjes. Je kijkt er dus dwars doorheen en ziet de lijkkist zo staan. Echt heel apart.
Zonder al te veel oponthoud ben ik rond half 8 Harwich binnengereden, op zoek naar mijn laatste verblijfplaats; the Goodlife Hotel. Het hotel ligt boven een paar winkels. Van buiten had ik zoiets van: waar ben ik nu in beland, maar binnen is het verrassend luxe. Echt super. Zo zie je maar weer. Net als met mensen kun je ook met panden niet op de buitenkant afgaan.
Helaas was er in de buurt geen restaurant te vinden. Na al die grote steaks die ik had gegeten, was het nu behelpen met kebab.

De volgende dag moet ik al om 8 uur in de haven zijn, maar gelukkig staat om kwart over 7 het ontbijt al klaar. Super geregeld. Naar de haven is het maar een klein stukje. Ik kijk wel op als ik bij de incheckpoort wordt aangesproken met Mister van Vliet. Blijkbaar wordt je kenteken gescand en weten ze gelijk wie je bent. Of zouden ze mijn verhalen ook gelezen hebben? Ik denk toch maar het eerste.
Op het parkeerterrein maak ik een praatje met de bestuurder voor me. En vraag of hij met vakantie gaat. Hij vertelt dat hij op familiebezoek gaat naar Eindhoven, waar zijn vrouw vandaan komt.
Dan de boot op. Met alweer vertraging gaan de trossen om kwart over 9 los. Het is redelijk mistig, dus is er niet veel te zien. De Stena Brittanica is identiek aan de Stena Hollandica van de heenreis en een behoorlijk gevaarte, 10 dekken hoog. Ik ben gelijk naar het bovenste passagiersdek gegaan om nog zoveel mogelijk van de kust te zien. Gelijk maar iemand aangeschoten voor een laatste foto met Engeland op de achtergrond. Nu is het een Duitse man die met een Engelse vrouw getrouwd is. Ik ben even vergeten waar ze nu eigenlijk wonen. Heel aardige mensen in ieder geval.
Ze vertellen dat ze een aantal dagen op een eilandje voor de kust van Harwich zijn geweest. Dat eilandje met de mooie naam Principality of Sealand heeft zich uitgeroepen tot soevereine staat en zowel zij als Engeland hebben beide meer gebied geclaimd, zodat de mensen op het eilandje vinden dat een deel van de kust rond Harwich bij hun eilandje hoort. Er is verder weinig te zien van de zee rond de boot, dus maar even naar binnen voor een kop koffie. Daar raak ik in gesprek met een oudere motorrijder. Een geweldig mannetje met een paar mooie sterke verhalen. Hij is nu onderweg naar Vienna/Wenen voor een bijeenkomst van motorrijders. Hij vertelde dat hij ooit in Griekenland was geweest en dat hij vandaar uit naar Macedonië is gegaan. Ik heb het niet gecheckt maar hij vertelde dat als je in Griekenland een landkaart koopt Macedonië daarop als een grijs gebied wordt aangegeven zonder naam. Het wordt door de Grieken niet erkend. Toen hij onderweg was naar Macedonië stond er een enorme file voor de grens. Mensen stonden daar al uren lang. Maar ja, hij was met de motor en reed er langs. Bij de grens mocht hij niet verder; hij moest achter aan sluiten. Dat wilde hij niet. Om een lang verhaal kort te maken: hij was Europees burger en had het recht om Macedonië in te rijden. Toen ze weigerden pakte hij zijn telefoon en tikte lukraak wat cijfers in. Op de vraag wie hij belde vertelde hij dat hij de ambassade belde en dat de grensbewaker de andere dag wel in de krant zou staan als die weigerde een Brits staatsburger door te laten als hij hem nu niet doorliet. En ja hoor, met veel gemor ging de boom omhoog. Geweldig, ik heb er van genoten. Op een gegeven moment heb ik maar gezegd dat ik naar de wc moest want anders had ik daar nu nog gestaan, weer onderweg naar Engeland.
Toen maar gaan zitten in een lekker kuipstoeltje. Na een tijdje kwam de zon door en dus werd het weer tijd om naar buiten te gaan. Dat was niet verkeerd. Bijna geen wind, kalme zee, zonnetje, toppie.
Het was deze keer behoorlijk stil aan boord, in tegenstelling tot de heenreis. De scholen in de UK waren weer begonnen dus voor de meesten zat de vakantie erop.
Ik kwam nog diverse stellen tegen met gemengde nationaliteiten. Zeker ook op familiebezoek. De meest opvallende figuren waren 3 Brabantse padvinders van een jaar of 40, 45. Ze zouden me niet zijn opgevallen als ze ook op de heenreis niet aan boord waren geweest. Net als toen hadden ze ook nu weer hun padvindersoutfit aan. Ze zijn ondanks de zon geen moment buiten geweest. Nou ja, eentje even. Die lulde in het Engels tegen me aan en ik heb de schijn maar opgehouden. Ik had totaal geen behoefte in een praatje met de beste boyscout, maar vraag me toch wel af of die gasten 2 1/2 week lang zo hebben rondgelopen.
Op een gegeven moment toch maar weer even naar binnen voor wat eten. Op dat moment spreekt de Captain of the Ship door de microfoons en vertelt dat 1 van de 4 motoren is uitgevallen en dat we met de overige 3 motoren rond 6 uur Ship's Time in Hoek van Holland zullen zijn. Dat betekent dus wel 7 uur Nederlandse tijd. Hij verteld verder dat het er niet uitzag dat motor nummer 4 nog kon worden gerepareerd tijdens de overtocht. Vervelend hoor met zo'n lekker zonnetje! Wat mij betreft had er nog wel een motor uit mogen vallen. Zo dobberen we langzaam richting Nederland en is er verder weinig te beleven.
Het enige dat-is-nou-ook-weer-toevallig momentje zijn een jongen en meisje die uit Zwitserland blijken te komen. Als ze op het dek zitten zie ik dat ze hun reisverhaal aan het opschrijven zijn met boven aan de titel Schottland. En dat is dan direct het land wat ik in 2017 hoop te gaan bezoeken. Gelijk nog maar een praatje met die 2 gemaakt. Ze komen uit Bern en gaan nog even Amsterdam bezoeken.
Op een bepaald moment lijkt het wel spitsuur te worden op zee. Aan stuurboord tel ik minstens 15 schepen in file richting de kust.
Het is inmiddels kwart voor 7 Nederlandse tijd als de Stena Brittanica in Hoek van Holland aanmeert. Dat betekent dus dat de overtocht maar liefst bijna 1 1/2 langer heeft geduurd. Doordat het niet druk is aan boord duurt het uitschepen ook niet lang. Wel bijzonder is dat ik bij verlaten van het haventerrein mijn paspoort moet laten zien. Gedurende de hele is dat 2 keer nodig geweest. Bij het verlaten van Nederland en bij het binnengaan van Nederland. Verder mocht ik met mijn allereerlijkste glimlach overal doorrijden.
Tja en dan zit het erop. Op weg naar Nederland bedenk ik dat ik de volgende keer weer met DFDS vanuit Duinkerken ga. Varen is heerlijk, tenminste als het weer meezit, maar vanaf Duinkerken naar Dover is het maar 2 uur varen, gaat de ferry iedere 2 uur en is het bijna de helft goedkoper. Je moet dan wel naar Duinkerken rijden. Maar wat betreft de afstand is het door Engeland heen bijna gelijk of je nu vanaf Dover dan wel vanaf Harwich richting Wales gaat. Dat is voor de volgende keer. Bijzonder is wel dat het laatste schip wat ik zie voor we binnenvaren de naam Hamburg Süd draagt en dat ik over het eerste de beste viaduct waar ik onderdoor rij een vrachtwagen met DFDS zie gaan. Hamburg is de stad die bovenaan mijn lijstje stad en DFDS.. dat heb ik net al verteld. Als ik dan over de weg naar huis rij en het verkeer aan de linkerkant van de weg zie krijg ik toch een raar gevoel, zo van: iets klopt er niet. Na ruim 2 weken links rijden ziet het er vreselijk vreemd uit. Ik dacht echt bij mezelf: als dat maar goed gaat. Ja, dat links rijden bevalt me wel. Misschien voelt het zo vertrouwd omdat ik zelf linkshandig ben, evenals veel Britten. Meer dan gemiddeld aan deze kant van de plas voor mijn gevoel.
Als ik dan over de Algerabrug rij en juist op het moment dat ik de IJssel over ben Chris Martin Up and Up afsluit met 'Don't never give up', denk ik bij mezelf dat het allemaal prima voor elkaar komt en ik nog mooie reizen zal gaan maken.
Ik kan terugkijken op een geweldige vakantie wat voor mij een groot avontuur was en een aaneenschakeling van alleen maar mooie momenten met geweldige plaatsen die ik heb bezocht en geweldig fijne mensen die ik heb mogen ontmoeten.
Dit was zondermeer één van de mooiste vakanties die ik in mijn hele leven heb gemaakt. Top met een dikke vette hoofdletter T.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Aad

Actief sinds 13 Aug. 2016
Verslag gelezen: 1681
Totaal aantal bezoekers 6437

Voorgaande reizen:

13 Augustus 2016 - 31 December 2016

Mijn eerste reis

21 Augustus 2016 - 07 September 2016

Rondreis door Noord-Ierland

Landen bezocht: